Het aantal positieve coronatests in de afgelopen week kwam landelijk uit op 55.587, meer dan een kwart hoger dan de week ervoor.
Verhoudingsgewijs was die stijging wel weer minder vergeleken met de eerste week van oktober. Een verklaring hiervoor heeft bijvoorbeeld de GGD Gelderland-Zuid niet. ,,We hopen dat de maatregelen zijn vruchten af gaan werpen’’, is het enige dat een woordvoerder er over kan zeggen.
Op bovenstaande grafiek is per gemeente het ‘relatieve’ aantal besmettingen te zien, dus omgerekend naar het aantal positieve testen per 100.000 inwoners. Dit om de gemeenten en besmettingsgraad goed met elkaar te kunnen vergelijken, zoals het RIVM dat ook doet. Te zien is dat Veenendaal er met 498 besmettingen per 100.000 inwoners uitspringt. In realiteit telde Veenendaal 331 besmette inwoners, op een inwoneraantal van 67.000.
Nijmegen telde afgelopen week in werkelijkheid 465 besmettingen en Arnhem 410 besmettingen. Maar die gemeenten zijn dan ook veel groter, omgerekend naar 100.000 inwoners valt het dan weer mee. De gemeente Mill en Sint Hubert turfde in een week maar 44 besmettingen, maar daar wonen ook maar een kleine 11.000 mensen. Nijmegen had er dus bijvoorbeeld meer dan tien keer zo veel, maar is ook zestien keer zo groot. Daardoor is omgerekend Mill en Sint Hubert harder getroffen door het virus.
Hoe kleiner de gemeente, hoe groter in de invloed van bijvoorbeeld één gezin dat door het virus wordt getroffen. Kijk naar Rozendaal: daar waren vorige week 5 besmettingen, afgelopen wee
Geen opmerkingen:
Een reactie posten